|
|
De Cranberry, een gezonde schipbreukeling
In Noord-Amerika was bij de inheemse bevolking bekend dat cranberry’s
verschillende gezonde eigenschappen hebben. Kolonisten leerden dit
van de Indianen en namen op de lange zeereizen naar Europa, vaten
met cranberry’s mee voor de belangrijke vitamine C. Zo kon de bemanning
tegen scheurbuik beschermd worden. In tegenstelling tot veel groentes
en fruit zijn deze bessen zonder koeling maanden te bewaren. Op
de route van Amerika via Het Kanaal naar Scandinavië is rond 1845
een schip vergaan ten noorden van Terschelling. De strandjutters
hoopten in de aangespoelde vaten lekkere wijn te vinden en sleepten
de vaten achter de eerste duinenrij. Teleurstellend was de vondst
van de onbekende, keiharde, rode bessen die tot dat moment niet
in Nederland voorkwamen. De geopende tonnen bleven liggen en de
bessen vonden een goede voedingsbodem in de vochtige, zure grond.
De eerste velden met deze niet inheemse plantensoort, Vaccinium
Macrocarpon, behorende tot de heidefamilie waren een feit. Pas in
1868 werd door een botanicus vastgesteld wat hier voor bijzonders
groeide en nog later besefte men de gezonde waarde van deze bessen.
Op een (half)zonnige plek in de tuin is de cranberry een lekkere
aanwinst. De plantjes houden van zure grond die goed vochtig moet
zijn of worden gehouden. De groenblijvende, winterharde plant is
laag blijvend, hoogte 10 tot 15 cm. In juni, juli gaan de roze tot
rode bloempjes open. Bovendien maakt de plant lange uitlopers. Hierdoor
kan na een paar jaar een flinke bodembedekker ontstaan. De mooie,
rode bessen kunnen van september tot november geoogst worden. Op
een koele, droge plaats of in de koelkast zijn ze uitstekend te
bewaren. In de diepvries nog veel langer.
Tegenwoordig zijn zowel op Terschelling als Vlieland nog velden
met cranberry’s te zien. Bedrijven op Terschelling die de velden
van Staatsbosbeheer pachten, geven deze soms vrij na de pluk zodat
particulieren nog zelf een maaltje bij elkaar kunnen rapen. Ook
op Vlieland mag voor eigen consumptie geplukt worden. Voor commerciële
teelt zijn inmiddels op verschillende plaatsen in Noord–Nederland
grote percelen geschikt gemaakt. Ook worden veel cranberry’s die
wij consumeren uit Noord-Amerika geïmporteerd.
Er is veel wetenschappelijk onderzoek naar de samenstelling en
werkzaamheid van de cranberry gedaan. De bes is rijk aan diverse
vitamines en mineralen. De Indianen wisten al dat het drinken van
sap van de cranberry een goede preventie tegen blaasontsteking verzorgde.
Recent, in juni 2016, is de uitkomst van een wetenschappelijk onderzoek
gepubliceerd in de American Journal of Clinical Nutrition over het
positieve effect van cranberrysap ter voorkoming van blaasontsteking.
De cranberry producten zijn niet alleen gezond maar ook erg lekker.
Steeds meer mensen ontdekken deze bes. In Nederland zijn de pakjes
met verse cranberrybessen in de kersttijd in de winkels te koop.
Een mooie, rode compote is eenvoudig te maken door de bessen kort
te koken in een klein laagje water en wat A-horn siroop toe te voegen.
Door het koken springen de bessen kapot en krijgen we de rode moes
die op een gezellig gedekte kersttafel heel kleurrijk is. Toch is
het jammer dat we die verse bessen alleen gebruiken rond kerst.
Ook in de andere jaargetijden is dit een lekker fris bijgerecht.
Dus koop in de winter een paar extra pakjes, die zijn prima in de
diepvries te bewaren voor later in het jaar. In alle seizoenen zijn
verwerkte cranberry’s in sap, saus, siroop, jam ed. verkrijgbaar.
Carla van de Kamp, 2-10-2016
terug naar lijst
|